Nederlandse naam: Akeleiruit
Latijnse naam: Thalictrum aquilegifolium
Familie: Ranonkelfamilie, Ranunculaceae
Bloei: mei-juni
Hoogte: 100-150 cm
Border: 3, 8 en meer
Thalictrum aquilegifolium is een vaste plant met hoge stengels waaraan grote bloeiwijzen komen die bestaan uit kleine bloemen met lange en talrijke lilaroze, en soms witte meeldraden, waardoor ze een aspect krijgen van warrige en pluizige pompons. Het groene, diep ingesneden blad lijkt erg op het blad van de akelei, vandaar de naam. De plant heeft zijn tijd nodig om tot een prachtig exemplaar te groeien. Akeleiruit is een prachtige ijl opgaande vaste plant die goed te combineren is met siergrassen en allerlei vaste planten. Net als Verbena bonariensis en Verbena hastata wordt ruit gebruikt als ‘doorweefplant’ in een vaste plantenborder.
De Akeleiruit groeit in halfschaduw op een rijke, koele, humusrijke, vochtige, doorlaatbare grond. Hoe vochtiger hoe meer zon de plant kan verdragen. De plant heeft voor de bezoekende insecten veel stuifmeel in plaats van nectar. Dit is één van de weinige plantensoorten in Europa waarbij deze visuele aantrekkelijkheid specifiek voor insecten vormgegeven is door de meeldraden. De bladeren van de Akeleiruit bevatten een gele kleurstof, die vroeger gebruikt werd voor het verven van wol. Medisch gezien werd het gele en scherpe wortelsap gebruikt tegen wisselkoorts en als laxeermiddel.
Je kunt de Akeleiruit vermeerderen door de plant te delen, of door te zaaien. Zaaien: kiemtemperatuur 23-25°C. Februari-maart voorzaaien in potten of zaaibakje in warme kas. Buiten zaai je in mei-augustus, plant de zaailingen in het najaar op de plaats van bestemming. In september-oktober zaaien kan ook, laat dan de winter er gewoon overheen komen, de zaden zullen dan pas het voorjaar erop kiemen.