Nederlandse naam: Witte tuinbegonia
Latijnse naam: Begonia grandis ‘Alba’
Familie: Begoniafamilie, Begoniaceae
Bloei: juni-oktober
Hoogte: 15-20 cm
Border: 5
De Tuinbegonia, of Begonia grandis, behoort tot de Begoniafamilie (Begoniaceae). Er zijn meer dan duizend soorten. Begonia is daarmee een van de omvangrijkste geslachten uit de plantenwereld. De wetenschappelijke geslachtsnaamBegonia is een eerbetoon aan Michel Bégon, een voormalig gouverneur van de Franse kolonie Haïti.
Van oorsprong komen begonia’s uit vochtige, warme gebieden in een bosrijke omgeving. Begonia’s hebben vrouwelijke en mannelijke bloemen. De vrouwelijke bloemen zijn herkenbaar aan de driehoekige verdikking onder de bloemen (het vruchtbeginsel). Het blad van Begonia grandis is aan de onderzijde dof purperkleurig en deze kleur komt aan de bovenzijde van het blad vaak terug als zweem. De nerven van het blad en de bladstelen kunnen eveneens purperrood van kleur zijn.
In de oksels van het blad van Begonia grandis zijn broedbolletjes te vinden. Deze broedbolletjes kunt u in het najaar op de grond laten liggen want deze bolletjes lopen zelfs na een strenge vorstperiode gewoon uit. Eventueel kunt u de ‘nieuwe’ begonia’s daarna verplanten.
Begonia grandis ‘Alba’ doet exotisch aan. Samen met planten als Carex (Zegge), Heuchera (Purperklokje), Fatsia japonica(Vingerplant) en lage Japanse esdoorns zijn mooie combinaties voor bijv. een patiotuin te bedenken, met een Japanse uitstraling.